VOORBEREIDING (DE DAG TEVOREN)

Biscuit:

Warm de oven voor op 175 °C boven- en onderwarmte. Bekleed de bodem van een springvorm van 24 cm met bakpapier.

Klop de eieren, suiker, vanillesuiker en warm water in een kom gedurende 10 minuten tot een lichtgele crème. De massa neemt driemaal in volume toe.

Meng de bloem met de maïzena, het bakpoeder en het zout en zeef dit boven de eiercrème. Schep voorzichtig om met een deegschraper tot alles goed gemend is.

Giet het beslag voorzichtig in de springvorm en bak gedurende 30 à 35 minuten in de voorverwarmde oven. De biscuit is klaar wanneer het midden van de cake niet meer meegeeft bij een lichtje druk met een vinger. Haal de biscuit uit de oven en laat volledig afkoelen.

Haal de cake uit de vorm en wikkel hem in vershoudfolie en zet een nacht in de koelkast. Dat voorkomt dat het deeg bij het snijden erg verkruimelt.

Chocoladegarnering:

Smelt de pure chocolade au bain marie en giet de helft ervan op wat bakpapier. Strijk de chocolade glad en bedek met nog een vel bakpapier.

Rol de chocolade nog dunner uit met een deegrol. Zorg ervoor dat de chocolade niet aan de zijkanten uitloopt. Rol het papier dun op en leg minstens 1 uur in het vriesvak. Doe hetzelfde met de rest van de chocolade.

Haal de rollen na minstens 1 uur uit het vriesvak en rol ze open. De chocolade zal breken in stukken die eruitzien als boomschors.

BEREIDING (DE VOLGENDE DAG)

Kirschsiroop:

Warm de suiker met het water in een pannetje op tot de suiker opgelost is. Neem van het vuur en laat afkoelen. Voeg dan de kirsch toe.

Vulling:

Giet de kersen af maar bewaar het sap. Meng in een pannetje 200 ml kersensap met 2 el maïzena en breng al roerend aan de kook. Neem de pan van het vuur, zodra het sap is ingedikt en schep de kersen erdoor.

Zet de room voor de roomvulling gedurende 10 minuten in de vriezer. Laat ondertussen de gelatine 10 minuten weken in wat koud water.

Warm na 10 minuten de kirsch lichtjes op in een kleine pan, knijp de gelatinebladen uit en los ze al roerend op in de kirsch. Haal van het vuur.

Klop de 500 ml room stijf en doe er geleidelijk 2 el vanillesuiker bij.

Meng 2 el van de opgeklopte room met het gelatinemengsel en voeg dat vervolgens bij de rest van de room.

Samenstelling van de taart:

Snijd eerst de biscuit in 4 gelijke lagen. Dit kan met een touw of een speciaal mes.

Leg 1 biscuitlaag op een taartplateau. (Gebruik een taartring van 26 cm om de taart zo strak mogelijk op de bouwen.) Bedruip de cake met 1/3 van de kirschsiroop en doe daar de bereide kersen over maar blijf 1 à 2 cm van de rand weg. Spuit room langs de rand en leg er de volgende laag op.

Bedruip ook deze laag met 1/3 van de kirschsiroop en bestrijk met de helft van de room. Leg nu de 3e biscuitlaag hierop.

Bedruip de 3e laag met de rest van de kirschsiroop, bestrijk met de resterende room en leg er de laatste cake op. Laat alles gedurende 1 uur koelen.

Laatste roomlaag en afwerking:

Klop nogmaals 500 ml room stijf en voeg geleidelijk aan de slagroomversteviger en de vanillesuiker toe.

Bestrijk de taart met 2/3 van de opgeklopte room.

Doe de resterende room in een spuitzak met spuitmond en versier de taart met kleine "sneeuwhoopjes". Spuit in het midden een grote toef room.

Versier de rand van de taart met de chocoladebast. Maak met de rest van de chocolade een "klein kampvuur" in het midden van de taart.

Werk de taart af met kersen en kleine "rozemarijnboomjes".

Zet de afgewerkte taart minimaal 4 uur in de koelkast en haal ze ong. 1 uur voor het serveren uit de koelkast. Bon Appétit!